SV | En al het volk en gans Israël merkten te dienzelven dage, dat het van den koning niet was, dat men Abner, den zoon van Ner, gedood had. |
WLC | וַיֵּדְע֧וּ כָל־הָעָ֛ם וְכָל־יִשְׂרָאֵ֖ל בַּיֹּ֣ום הַה֑וּא כִּ֣י לֹ֤א הָיְתָה֙ מֵֽהַמֶּ֔לֶךְ לְהָמִ֖ית אֶת־אַבְנֵ֥ר בֶּן־נֵֽר׃ פ |
Trans. | wayyēḏə‘û ḵāl-hā‘ām wəḵāl-yiśərā’ēl bayywōm hahû’ kî lō’ hāyəṯâ mēhammeleḵə ləhāmîṯ ’eṯ-’aḇənēr ben-nēr: |
En al het volk en gans Israël merkten te dienzelven dage, dat het van den koning niet was, dat men Abner, den zoon van Ner, gedood had.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En al het volk en gans Israël merkten te dienzelven dage, dat het van den koning niet was, dat men Abner, den zoon van Ner, gedood had.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!